Hoe introduceer je een nieuwe hond bij je huidige hond

Hoe introduceer je een nieuwe hond bij je huidige hond

De volgende richtlijnen zullen je ondersteunen in het verwelkomen van een nieuwe hond in je huis. Terwijl wij ons realiseren dat je bezorgt bent of iedereen met elkaar overweg zou kunnen en hopelijk straks kunnen functioneren als roedel, moet je onthouden dat je alles rustig aan moet doen over een periode van ten minste 3 weken. Als je dingen nu gaat haasten, zal zeker iedere kans vernietigen die je hebt om een goede relatie op te bouwen tussen de honden. Denk eraan om de tijd te nemen om een band te vormen met je nieuwe hond zonder dat de andere honden zich erin gaan mengen. De normale dagelijkse routines en de aandacht van je eerdere hond moet hetzelfde blijven om te voorkomen dat die jaloers gaat worden op je nieuwe hond.
Je kan jaren genieten van je eerdere hond en je nieuwe hond, als je dingen niet gaat haasten en het advies opvolgt wat nu gegeven gaat worden. Denk eraan, je kan niet teruggaan als je beslist om de dingen te haasten en je de honden op wacht samen zet. Als je het meteen goed doet de eerste keer, zal je beloont worden in de komende jaren.
Bekijk alstublieft onze verscheidene hondenrichtlijnen om jezelf te helpen een goede roedelleider te worden, en potentiële vechtongelukken te voorkomen.

1. Introduceer de honden op een neutrale plek (bij het asiel, in het park, in de straat, etc). Als je meerdere honden hebt, introduceer ze een voor een.

2. Wanneer de honden elkaar begroeten en ruiken, praat tegen ze in een vrolijke, vriendelijke toon en bied ze traktaties aan (geef die eerst aan je oude hond).

3. Introduceer de honden alleen voor korte periodes, maar herhaal dit vaak.

4. Als een hond onderdanig doet naar de ander (op de rug gaat liggen en de buik tonen) is dat fantastisch – versterk dit gedrag (zeg “brave jongen/meisje” en geef traktaties) zelfs als het je oude hond is.

5. Probeer de riemen op elk moment lang te laten. Een strakke riem laat je bezorgdheid over de situatie merken en zal de spanning verhogen.
6. Let op elke vorm van lichaamstaal dat laat blijken dat de honden gespannen worden (opstaand rughaar, ontblote tanden, gegrom, fixatie en een stijf-benige tred). Onderbreek ze als je deze gedragingen ziet door ze te roepen en iets anders te laten doen zoals zitten.

7. Let op voor dominant lichaamstaal (een hond die zijn kin of nek op de schouders van de andere hond legt, of een voorste voet over de schouders of rug leggen). Als de andere hond zich onderwerpt na deze handelingen is het goed, zo niet, onderbreek ze door hun weg te roepen van elkaar en laat ze zitten.

8. HOU NIET een hond vast terwijl de andere los is.

9. Totdat de honden gewent zijn aan elkaar, laat ze niet samen in een kleine ruimte zoals een auto of een gang.

10. Totdat de honden gewent zijn aan elkaar, laat ze niet zonder toezicht als jij wat drinken gaat halen ofzo.

11. Sta toe dat er een natuurlijke roedel hiërarchie wordt ontwikkeld. Wanneer de honden elkaar benaderen, spreek dan in een blije, aanmoedigende toon. Als ze zich goed gedragen met elkaar, geef beloningen zodat ze elkaars aanwezigheid gaan associëren met positieve dingen.

12. DOE RUSTIG AAN – als ze in het begin niet goed samen gaan, scheid ze met uit zondering van bestuurde interacties. Zorg dat alle interacties positief zijn door het gebruik van een vrolijke stem en beloningen.

13. GEBRUIK GEEN LICHAMELIJKE STRAFFEN als een gevecht uitbreekt. Zeg gewoon luid “NEE”, roep dan de honden terug en laat ze zitten.